Maand: september 2024

In jou zie ik diepe pijn
je ogen zijn omfloerst
in jou zie ik verdriet
vermomd in gelatenheid
in jou zie ik onbegrepen voelen
waardoor jij je afreageert

in jou zie ik wanhoop
over uitzichtloze situaties
in jou zie ik starende boosheid
jij woordeloos gemaakt kind
in jou zie ik onzichtbaarheid
zo bescherm jij jezelf
in jou zie ik het ongewenst voelen
terwijl jij zoveel te geven hebt
in jou zie ik oneindig wantrouwen

in hen waar je loyaal aan blijft
in jou zie ik het stille schreeuwen
omdat je niet gehoord wordt
in jou zie ik de aanpassing
om er alsjeblieft bij te horen
in jou zie ik onbegrip
waarom ik, waarom toch


Maar bovenal zie ik JOU in jou
in jullie
in mij
als een glimmende

nevelsteen

Wat ben je bijzonder
waardevol

Ik zie jou




geluidloos 
fladderen vlinders
zoete balsem drinkend
ik kijk, ik voel, ik ben
in mij daalt een stilte neer
gracieus landt ze op mijn haar
bedekt het verscholen kind
met fluwelen vleugels
verzacht het hartzeer 
alsof ze zegt
het komt goed
het is goed
vertrouw
jezelf

Mijn tweeënzestigste zomer is voorbij
gevlogen
omdat ze pas laat begon
omdat het zo lang bleef regenen
omdat er zoveel op de agenda stond
omdat er veel tijd verspild werd
met een beetje mazzel heb ik nog twintig
zomers
twintig zomers van zwoele nachten
in de ochtend buiten ontbijten
flaneren in mijn meest zomerse jurkjes
relaxen in de hangmat en zwaluwen in de lucht
wandelen in korte broek met een flesje
water
Mijn tweeënzestigste herfst is gisteren
begonnen
de tijd tikt stug door
laat ik er maar van genieten
van kale akkers en de zon zo laag
van stormen en zwiepende takken
van paddenstoelen en pittige boslucht
tenslotte
is het enige dat ik onder controle heb
mijn besteding van de kostbare tijd die mij rest
samen met iedereen die ik liefheb

en ja ik zal nog vaak genoeg mopperen
vergeten waar het eigenlijk om draait

Twintig jaren om te leven vanuit mijn
hart
te stralen en te zingen over vogels
bloemen en kleine kindjes
de zee met zijn loodgrijze einder
het pad dat leidt naar een nieuw begin
of neuriënd terwijl ik fietsend de wind
trotseer

Mijn tweeënzestigste zomer is voorbij
gevlogen

Nou kijk
eerst waren er de dino’s
toen de mammoeten en sabeltandtijgers
daarna de ridders,
dan de piraten
en toen wij.


Maar de piraten zijn nog niet uitgestorven.
Dus.