Nu ik woorden typ die ik niet verzin
die opkomen en zwart wit worden
besef ik dat dit het leven is
iets komt op zonder voorbode
zomaar draait het leven een andere kant op
een onbewust gekozen kant
ik vraag mij af
ben ik buigzaam, wortel ik diep
kan ik stormen weerstaan
en erupties van kokend gesteente
aanvallen van wolven en de beet van een slang?
Nu ik woorden typ die mij bedenken
mij uitleggen en verduidelijken
te weinig letters in ons alfabet
dus bij voorbaat mislukt
misschien ooit een rotstekening
met bloed en oker
ik vraag mij af
hoe zie ik er van binnen uit
besta ik uit levende materie
is het donker of schijnt er licht
door mijn ogen naar binnen?
Nu ik woorden typ die broodnodig zijn
omdat ze vertellen over waanzin
twijfel versus overtuiging
ervaar ik een lichte streling in mijn nek
een draak van een verzinsel waarschijnlijk
of toch energetische nabijheid
ik vraag mij af
wat is een duploblokje op een stoffige vloer
die ene zwarte sok in mijn la
het gegraveerde glas
de vergeten klank van een stem?
Nu ik woorden typ die vuistslagen uitdelen
uppercuts en onder de gordel
blauwe plekken die ik zou kunnen maskeren
ik dacht met groene crème
lange mouwen en een hoge kraag
kreunen doe je thuis maar
ik vraag mij af
zou er ooit iemand de speld vinden
is die ene zwaluw niet genoeg
kan het kalf toch zwemmen
en rookt Maarten echt een pijp?
Nu ik woorden typ die beklijven
niet nieuw en zeker niet oud
zoals bomen dood lijken maar vol leven
tot zij ook omvallen
en het bos voeden met hun geur
terwijl er geschuild kan worden onder hen
ik vraag mij af
als niets is wat het lijkt